We leven in een tijd waar veel verandering nodig is en op ons af komt. En verandering roept vaak veel weerstand op. Ook bij mij.
Ik heb het zelf ook ervaren. Ik heb nu enige tijd geleden een goedbetaalde en succesvolle baan opgezegd. Omdat ik diep van binnen wist dat dat niet mijn uiteindelijke pad was in het leven. Er lag nog een ander doel, een andere ‘ik’ te wachten. Maar daarvoor heb ik acht jaar lang (!) gestreden om die verandering tegen te houden. Ik heb letterlijk 1001 redenen bedacht waarom het ‘verstandiger’ was om niet die stap te zetten. Angst bleek een slechte raadgever.
Verandering is van alle tijden en gaat vaak gepaard met weerstand. Ook ons huidige politieke klimaat is een mooie afspiegeling van weerstand tegen veranderingen. En die weerstand uit zich vaak in twee vormen. 1) ontkenning van het probleem dat tot verandering noopt en/of 2) het is de schuld van anderen.
Ook het nieuw gekozen kabinet - en het hoofdlijnenakkoord als product daarvan - laten zien dat we graag onze stem gebruiken om verandering tegen te houden door te stemmen op partijen die problemen ontkennen (er is geen klimaat- of stikstofprobleem) of die anderen de schuld te geven (migranten, de Islam, de ‘oude garde’ of Europa). De partijen die het hardst ontkennen, die het hardst de ander de schuld geven krijgen vandaag de dag de meeste stemmen.
Helaas gaat geen van deze zaken over waar het echt om zou moeten gaan, namelijk omgaan met de verandering die op ons af komt. Het is slechts struisvogelpolitiek.
En zo ook met je eigen ontwikkeling. Je voelt, weet, wanneer je tegen verandering aanloopt. En waarschijnlijk herken je het zelf ook als je verandering voelt aankomen. Bijvoorbeeld wanneer je tegen blokkades, patronen aanloopt, vastloopt of ongemak ervaart over het punt in je leven waar je bent aangekomen. En als je die verandering voelt aankomen voel je ook weerstand. Er is vaak eerst ontkenning: er is niks aan de hand, komt goed, gewoon doorgaan, eigenlijk altijd tegen beter weten in. Soms zelfs tot burn-out aan toe. Toch? En anders is het je werk dat stom is, of je baas een boeman, de overheid oneerlijk, of je partner die vervelend is omdat hij/zij je niet snapt of helpt. Want het kan niet aan jezelf liggen. Toch?
De angst voor de verandering blijkt achteraf altijd groter dan de verandering zelf.
Maar hoe ga je met die weerstand om dan? Door te vertrouwen. Vertrouwen dat het goed komt. Door te vertrouwen dat er altijd nieuwe deuren open gaan, dat er altijd kansen liggen, er altijd keuzevrijheid is. Vertrouwen dat jij het kan. Kijk maar eens terug naar je leven tot nu toe. De mooiste en meest leerzame momenten zijn meestal ook de momenten van de grootste verandering in je leven. Toen je gevraagd of ongevraagd nieuwe mogelijkheden moest verkennen. Je nieuwe dingen leerde (voor het eerst springen van de hoge duikplank...). Verrast werd door het leven en je de controle wel moest laten varen. Want de angst voor de verandering blijkt achteraf altijd groter dan de verandering zelf.
Vertrouwen doe je met je hart. Je hoofd is goed in het bedenken van bezwaren en creëren van angsten, je hart leert je vertrouwen. De worsteling is alleen daar waar vasthouden strijdt met loslaten.
Je kan heel hard (tevergeefs) blijven vechten om alles te houden zoals het is, maar dat kost je veel en levert je weinig op. Als je weerstand voelt weet je eigenlijk al dat de verandering voor de deur staat. Veranderen is ontwikkelen, is leren, is vooruitkomen, vertrouwen. Verandering brengt nieuwe en goede dingen, hoe spannend ook. Evolutie en soms revolutie. En ja, het vraagt dus soms ook loslaten en afscheid nemen van het oude.
“Laat los wat er was. Geef je over aan wat er is. Heb vertrouwen in wat er zal zijn.”
En heb je hulp nodig? Geen probleem, vraag die dan gewoon. Niemand zegt dat je verandering alleen moet aangaan. Maar steek niet je kop in het zand.
Wat heb jij nodig om je angst om te zetten naar vertrouwen?